Wijn wordt gemaakt van druiven. Het is dus leuk om af en toe stil te staan bij de karakteristieken van druiven. Dat doen we graag door middel van een korte beschrijving in de Oenotopia druivelaar.

De Chenin Blanc is een goed resistente druif tegen ziektes en te veel wind. Hij rijpt laat maar knopt vroeg. Een lange rijpingstijd dus en deze druif is ook erg gevoelig voor botrytis wat hem dus geschikt maakt voor natuurlijke zote wijnen naast schuimwijnen of fijne droge wijnen.

Eigenlijk wordt deze druif in een hele reeks aan wijnstijlen gebruikt en dat levert haast altijd een erg mooi resultaat op. Deze druif groeit het beste op kalkrijke ondergronden. Hij geeft typische geuren die doen denken aan kweepeer, gele appel, peer, kamille en honing. Gerijpte wijnen geven geuren van vochtig stro en honing. Wijnen van de Chenin Blanc zijn bijna altijd rond en filmend in de mond in combinatie met hele frisse zuren.

Zuren              *****

Body                ****

Alcohol            ***

Bewaren         *****

In de Loire kennen we deze druif ook als Pineau en hij wordt Steen genoemd in Zuid-Afrika. Verder is hij ook in Californië aangeplant.